
‘Soms zie ik mijn werkgever en denk ik: “meid, ook jij kan een pilletje gebruiken.”’
‘Ik zou mensen eerder aanraden om drugs te doen, dan om alcohol te drinken. Van drugs word je scherp en dan ben je heel goed op de hoogte van wat er om je heen gebeurt. Met alcohol daarentegen raak je slap en verzwakt. Daar ben ik achter gekomen toen ik misbruikt werd. Ik was dronken en het was een roes: je voelt het niet eens echt als die hand over je dij gaat. Met drugs zou dat me echt niet snel gebeuren, mijn sensoren staan dan gewoon aan. Ik vind het jammer, maar het is gebeurd.
Maar drugs zijn niet altijd rozenkleur en maneschijn. Ik werk in de zorg en ik denk erover om te specialiseren in verslavingszorg. Ik heb veel gevallen van verslaving in mijn familie waardoor ik echt wel weet dat het slecht is. Ik heb bijvoorbeeld een oom die te kampen had met verslaving en ik heb hem nooit mogen zien. Mijn moeder verbiedt het me uit angst. En ook op werk zou ik het niet delen. Ik breng allerhande zware medicatie langs, als mijn werkgever zou weten dat ik af en toe drugsgebruik zo wel achter haar oren krabben. Soms denk ik dan, “meid, ook jij kan een pilletje gebruiken.”
Ook mijn moeder weet dan ook absoluut niet dat ik het weleens doe. Dat vind ik zo jammer. Gelukkig zie ik dat mijn jongere zusje nu diezelfde behoefte heeft. Ze is aan het experimenteren en met mijn moeder kan ze daar maar beperkt over praten. Daarom doe ik het met haar, we gaan snel eens blowen. Zo leuk dat ik nu een grote zus ben waarmee ze wel iets kan delen.’