‘Ik heb een keer een joint gedaan bij een concert van The Rolling Stones. Toen begonnen ze ook nog eens te vechten’
‘Ik heb eigenlijk niet zoveel noemenswaardige drugs gedaan. Een keer een joint gedaan bij een concert van The Rolling Stones. Maar toen gingen ze ook nog eens allemaal vechten. Ik was toen ongeveer negentien. Ik heb daarna niet echt meer geëxperimenteerd.
Als ik kijk naar de leukste ervaringen die ik dan ‘onder invloed’ heb gehad, moet ik denken aan ons gezin dat om de tafel op het liedje Five Hundred Miles liep te zingen, waarbij het hele meubilair van de wand werd gehaald. En de volgende dag de inboedel weer netjes teruggezet moest worden. Maar ik vind het niet moeilijk om mate te houden, met alcohol. Wel zou ik het moeilijk vinden als ik helemaal geen alcohol meer mocht drinken, of dat ik niet meer zou kunnen roken- dat is nog wel een dingetje.
Ik vind het Nederlandse beleid vrij discutabel. Ik geloof namelijk niet in verbieden, want drugs en andere verdovende middelen zijn van alle tijden. Dat krijg je er niet echt uit. Ik wil wel een uitzondering maken van de chemische shit die er wordt gemaakt. Dus XTC die wordt gemaakt met heel veel afval, is zonde. En als je gaat legaliseren, dan moet je dat proces dus meteen koppelen aan het productieproces. Als je nu kijkt naar bijvoorbeeld cocaïne, is het wel belangrijk om te streven naar een menswaardig productieproces. Pas daarna komt het belang van de consument. Maar nogmaals, verbieden daar geloof ik niet in. Daar boost je de alleen maar de underground-scene mee, en daar wordt de maatschappij nog crimineler van.’