
‘Als je je kinderen vanaf jongs af aan vertelt dat iets slecht is dan gaan ze dat overnemen. Terwijl mensen er zo veel uit kunnen halen’
‘Mijn moeder is overleden toen ik dertien was. Ze was geestelijk ziek als gevolg van een beroerte. Toen ze overleed was mijn vader een tijd overspannen en depressief, waardoor ik nooit vanzelfsprekend de liefde gevoeld van een gezin waar de meeste mensen in opgroeien. Ik kon dit daarom ook niet goed aanvoelen en uiten naar anderen, totdat ik in aanraking kwam met XTC.
Ik kon ineens zo vrij met mensen praten en open zijn over alles wat er in mij omging, dingen die ik normaal uitsluitend voor mezelf hield. Ik kon anderen ook aanvoelen en mezelf beter in hen verplaatsen. Ik was getraumatiseerd en had allerlei pijn die ik (nog) niet had verwerkt. Door XTC, en andere drugs zoals ketamine, ben ik meer naar mensen gaan luisteren en ben ik veel empathischer geworden. Ik bekeek de wereld heel zwart-wit. Misschien was alles zelfs wel een beetje grijs. Ik voelde me daardoor anders en alleen. Experimenteren met drugs heeft mij geholpen om me weer te verbinden met mensen.
Drugs wordt gezien als iets slechts – drugs is ook geen prettig woord. Als je je kinderen vanaf jongs af aan vertelt dat iets slecht is dan gaan ze dat overnemen. Terwijl mensen er zo veel uit kunnen halen. Alternatieve geneeswijzen vind ik iets te spiritueel maar ik noem het wel graag gezonde geestverruimende middelen; het kan bijvoorbeeld een middel zijn om de barrières rondom een trauma te doorbreken.
Ik merk dat ik nu minder behoefte heb aan nog meer experimenteren; drugs hebben zich al bewezen en ik ben voldaan. Maar wat ik wel graag wil is die toegevoegde waarde behouden. Bijvoorbeeld de aandacht en interesse in anderen die je kan voelen als je high bent, dat probeer ik ook in het dagelijks leven vast te houden. Die openheid zie ik echt als het allerbelangrijkste wat je kunt hebben.’