‘Jammer genoeg zijn drugs als therapiemiddel nog steeds niet algemeen geaccepteerd’
‘Ik was er vroeg bij wat drugs betreft, in ieder geval met blowen. Dat deed ik op de middelbare school bijna dagelijks. Daar werd ook al XTC gebruikt op schoolfeesten, maar dat deden we hooguit eens in de drie maanden. Ook was ik vrij jong toen ik cocaïne ging gebruiken. Het was een vrij onstuimige periode die eindigde toen ik vier jaar de wereld rond ging fietsen. In die tijd heb ik amper gebruikt. Bij terugkomst leerde ik psychedelische drugs kennen zoals LSD en ketamine.
Drugs hebben voor mij veel met hedonisme te maken. Het is een kwestie van je piek opzoeken – qua feestjes of qua seksualiteit. Daarnaast ga je er op een andere manier door denken: je laat zaken zoals schaamte los, waardoor je in een andere dialoog met vrienden terecht komt. In dat opzicht zie ik het als een psychologisch hulpmiddel. Ik heb als gebruiker van MDMA en LSD op een positieve manier mijn geest mogen verruimen. Ook heb ik ayahuasca gebruikt, een van mijn meest bijzondere spirituele ervaringen.
Jammer genoeg zijn drugs als therapiemiddel nog steeds niet algemeen geaccepteerd. Een vriend van mij is psychiater, hij helpt mensen om onder invloed van MDMA over bepaalde trauma’s heen te komen. Hij mag die substantie alleen niet zelf voorschrijven. Het enige dat hij mag doen is zijn patiënten adviseren zelf de drugs te regelen en dan met hen in gesprek te gaan. En dan begeeft hij zich al op glad ijs…Als je het mij vraagt wordt er nog te weinig onderzoek gedaan naar de therapeutische werking van drugs want de farmaceutische industrie heeft daar geen baat bij. Wat hebben ze immers aan doorbraken? Liever blijven ze mensen eeuwig antidepressiva voorschrijven: het soort drugs dat ik mijn hond nog niet zou geven, maar dat uiteindelijk veel meer winst oplevert.’