‘Ik schrok me dood. Zijn gezicht was compleet verschrompeld en hij had slagtanden!’
‘Drugs zijn er voor mij om te ontstressen. Om wat druk van het leven af te halen. Normaal gesproken ben ik een pietje-precies. Ik ben heel perfectionistisch, alles moet ook op mijn manier. Als ik wat LSD neem, laat ik alles los. Dan ben ik een ander persoon. Dan vind ik het opeens grappig om even niet meer te weten wat ik aan het doen ben.
Je hebt vast weleens een aftermovie gezien van een festival waarop een paar hippies heel gaar staat te dansen, beetje met hun armen zwaaien en wat flierefluiten. Dat komt waarschijnlijk door de LSD. LSD levert je over aan invloeden van buitenaf. Aan licht, geur, kleur en vooral muziek. Je lichaam gaat helemaal op in muziek, je wordt tijdens het dansen echt meegenomen. Dat voelt op zo’n moment heel natuurlijk aan. Het voelt fantastisch. Maar het ziet er niet uit.
Er gaan van die roze-olifantenverhalen rond over LSD. Voor zover ik weet, is dat lariekoek. Je hallucinaties blijven vrij dicht bij de realiteit. Het is meer dat bestaande vormen veranderen. Van bomen zou je bijna zeggen dat ze achter je aan komen: zo sterk lijken de blaadjes en stammen te bewegen. Alles komt eigenlijk tot leven. Zelfs gezichten! Ik weet nog dat ik een keer in het gras lag te spacen en dat een vriend naar me toe liep en zich vooroverboog, zijn hoofd boven de mijne. Ik schrok me dood. Zijn gezicht was compleet verschrompeld en hij had slagtanden! Toen ik overeind kwam en opnieuw keek, veranderde zijn gezicht naar dat van een jong, bollig jongetje.
Wat me het meest bijstaat van mijn LSD-trips is het keiharde lachen. Met LSD heb ik gejankt van het lachen. Keer op keer. Totdat ik niet meer kon. Een kater de volgende dag? Ho maar. Als ik er niet te veel bij drink, voel ik me na een LSD-trip juist beter. Ik heb bijvoorbeeld één keer iets te veel genomen, in een tijd waarin ik veel stress had en prikkelbaar was. De weken erna was ik opeens heel rustig, heel vriendelijk. Zelfs andere mensen merkten het verschil. Die uitwerking kan LSD op je hebben. Als er van één drug het taboe moet worden opgeheven, dan is het wel van LSD.’
