Skip to main content
ACHTERGROND & OPINIE

Van heroinejunk tot striptekenaar: het curieuze levensverhaal van Eric Krabbenbosch

‘Het waren de jaren zestig, de tijd van de pleiners, subcultuur,  jazz cafés, studentenprotesten en drugs.
Mijn verhaal begint in die jaren 60: een turbulente periode. Je had de oorlog in Vietnam, de studentenopstanden, maar er waren ook drugs: opium, speed, hasj, wiet  en niet te vergeten die allesovertreffende LSD. Deze laatste kwam in de vorm van pillen uit Amerika, vaak hier gebracht door studenten uit Berkeley Californië. Ik had toen, samen met vrienden, een handeltje in hasj. Dit was nog lang voor de coffeeshops. Ook verkochten we LSD, als het er in voldoende mate was. Ik was eigenlijk nog jong, en hoorde te studeren, maar het Maagdenhuis was toen net bezet door studenten, en bijna alles lag daardoor maandenlang stil. Wat ik studeerde? Sociologie, maar ik zeg erbij: ik was er zelden. Maar dat had alles te maken met die tijd. De revolutie van drugs was gaande, en dat vond ik toch wel heel erg interessant. Ik deed dus alles behalve studeren.

‘Ik wist hoe link heroïne was, maar was te nieuwsgierig om het niet te proberen’

We tripten vaak, in het begin tijdens het uitgaan, en dat bracht natuurlijk risico’s met zich mee. Later tripten we voornamelijk thuis of in de natuur. Het effect van LSD hangt samen met de omgeving waarin je het neemt, en als je dan iets naars meemaakt, kan dit blijvende schade veroorzaken. Ik heb wel eens iemand  neergestoken zien worden, toen ik op het hoogtepunt van zo’n trip zat . Dat hakt erin, letterlijk. Wat ik als gevolg daarvan, steeds meer merkte, was dat ik ging natrippen. Zo voelde ik bepaalde vibraties, en had last van lichte hallucinaties, terwijl ik helemaal niets had genomen. Ik werd er geleidelijk zo paranoia van, dat alledaagse handelingen een hele opgave werden. Naar de bakker op de hoek gaan bijvoorbeeld, was al een probleem voor me. Ik was voortdurend bezig met het kampen met die gevolgen van LSD.

Ik woonde die jaren op de Oudeschans op een boot. Ik weet nog heel goed dat in 1972 heroïne haar intrede deed in de stad. Daarvoor was er natuurlijk opium, dat was er al heel lang. Je had zo’n 400 opiumverslaafden in de stad, maar dat aantal was relatief constant. Door politie invallen in de Chinese gokhuizen in de Binnen Bantammerstraat, ontstond een ongekende schaarste aan opium. Het opiumderivaat heroïne was veel sterker, loeiverslavend. Verder was het in het begin spotgoedkoop en van goede kwaliteit. Al snel gingen de prijzen vervolgens omhoog. Me bewust van de risico’s en bekend met incidenteel opiumgebruik, probeerde ik dat jaar wat van dat spul. Ik had het gekregen van vrienden. En daar ging ik: het was bijzonder sterk, kalmerend en verdovend. De nawerkingen van mijn LSD gebruik verdwenen tijdelijk als sneeuw voor de zon. Alle nare kantjes van het leven leken ook weg. Ik belandde in een prettige, warme roes die uren aanhield. Ook snapte ik door deze ervaring waarom opiumverslaafden in een klap overstapten naar heroïne, een ontwikkeling die zich vooral voltrok in mijn eigen Nieuwmarktbuurt. Daar zag je ineens grote auto’s met Chinezen in dure pakken rondrijden.

‘Bij de huisarts zaten ze niet te wachten op een wachtkamer vol met
junkies’

Na mijn eerste ervaring wilde ik het na twee weken nog wel eens proberen, gewoon  omdat ik het erg lekker vond. Na korte tijd gebruikte ik het wekelijks, meestal in het weekend. Het begon me wel op te vallen dat ik meer en meer toeleefde naar zo’n weekend. Zo gaat dat dan: ineens gebruik je ook een keer op woensdag, om het weekend iets dichterbij te laten komen. Vervolgens realiseer je je dat je alle dagen van de week heroïne hebt gesnoven, erger nog, dat je psychisch verslaafd aan heroïne was geraakt.

Om de ontwikkeling te stoppen, besloot ik op een dag een LSD trip te nemen die ik toevallig nog in de la had liggen, ik kocht die dag geen heroïne. Ik heb toen acht uur op mijn boot zitten trippen. Normaal val je na zo’n lange trip geleidelijk in slaap, maar bij mij ging het ineens over in een snel groeiend gevoel van onrust in mijn rug, een zenuwpijn die daarop mijn hele lijf in beslag nam. Ik lag jammerend  afwisselend te rillen en te zweten, en al snel nam dit een vooral ondraaglijke vorm aan. Toen wist ik het, ik was fysiek verslaafd. Mijn hasj zakenpartner, die in de buurt woonde, had een beker methadon in zijn kamer staan, daar achtergelaten door een bekende gebruiker. Dat was de tijd dat ze bij de Jellinek Kliniek  overgingen op het verstrekken van methadon in bekers vermengd met limonade die daar ter plekke opgedronken moesten worden. De gebruiker had het naar buiten gesmokkeld en bij mijn vriend thuis neergezet. Just in case. Met die wetenschap heb ik mijn vriend, vroeg in de ochtend, uit zijn bed gebeld en de beker methadon bij hem leeggedronken. Na een half uur verdween de ontwenningspijn in zijn geheel.

Maar goed, ik was dus verslaafd. En ik liep nog niet bij Jellinek. Ik had geen enkele andere mogelijkheid dan heroïne te gaan gebruiken, methadon was buiten de Jellinek niet verkrijgbaar. Ik wilde er natuurlijk dolgraag vanaf. Je kon bij de huisarts aankloppen, maar daar werd je doorverwezen naar de Jellinek, terwijl nou juist diezelfde Jellinek onvoldoende capaciteit had de aanzwellende stroom nieuwe heroïne verslaafden te helpen. En om eerlijk te zijn, zaten die huisartsen natuurlijk ook niet te wachten op een wachtkamer vol met junks. De drugsscene was in het begin een best aardige-, maar na verloop van jaren, een steeds grimmiger scene.

‘Als je cold turkey gaat afkicken, protesteert elke cel in je lichaam’

Ik kon dus nergens terecht, en was dus overgelaten aan de goden. Ik moest, totdat ik aan de beurt was bij Jellinek, door rommelen met heroïne en af en toe een paar pillen methadon die mijn huisarts, tegen de voorschriften in, voorschreef. Toen ik maanden later ambulant bij de Jellinek liep, ontstond het plan om te gaan ontwennen op een boerderij ergens in Frankrijk, in the middle of nowhere, dit samen met een vriend, die mij wou helpen daar af te kicken. Bij Jellinek meldde ik dat ik naar het buitenland zou gaan om te ontwennen, maar ze weigerden mij een volledig weekdosis methadon mee te geven. Dit was tegen de regels en ik kreeg slechts een dagdosis mee  Ik had achteraf gezien, beter kunnen zwijgen over Frankrijk. Tegen de tijd dat we daar aankwamen, was ik al door mijn pillen heen. Vanaf dat moment moest ik cold turkey afkicken. Het was uiterst vervelend voor die vriend. Ik was alleen maar aan het jammeren, soms aan het schreeuwen. Ik hield het niet langer dan een week vol, en nam doodziek de trein naar Amsterdam. Cold turkey is deels een extreme, fysieke ervaring. Je loopt of ligt de hele tijd  te schoppen en te trappelen. Restless legs, noemen ze dat ook wel.  En dan dat ondraaglijk gevoel in je onderrug wat je tevergeefs probeert ‘weg te kronkelen’. Het ergste is dat je niet kan slapen. Dat breekt je op. Je vindt geen moment rust. Af en toe zak je weg in een droom, die meer voelt als een hallucinatie. De psychische ellende was vooral de wetenschap dat je door even wat heroïne te snuiven, direct van alle pijn verlost kon zijn. Ik hoef je niet te vertellen dat ik op het moment dat ik thuis kwam meteen naar m’n dealer ben gerend. Dit is nog een paar keer zo gegaan. De tweede keer dat ik ging, hield ik het maar vijf dagen vol, de derde keer slechts drie dagen. Daarna wist ik me met de nodige moeite te laten opnemen in een Jellinek Kliniek. Op een gegeven moment kwam in die kliniek een hele beruchte jongen te zitten. Hij werd heel anders behandeld dan de anderen die er zaten. Hij hoefde niet op te staan en geen werk te verrichten. Die ongelijkheid viel helemaal verkeerd bij mij, waardoor ik besloot op te stappen. Ik bleef daarna een jaar clean.

Daarna ben ik weer teruggevallen, en omdat de Chinese heroïne plaatsmaakte voor Turkse en Afghaanse heroïne, welke je niet kon snuiven, ik begon het spul te spuiten . Begin ’80 begon ik het zelfs te combineren met cocaïne: speedball. Hiermee dient de coke zich als eerst aan, je hart gaat dan bonzen, en de heroïne valt daar, een minuut of 2 later, als een warme deken over heen. De ultieme flash! Vanaf dat moment wou ik niets anders meer. Het probleem is dat cocaïne veel minder lang werkt, waardoor de frequentie die shots flink toeneemt. De combinatie horse-coke eiste al snel zijn tol, niet in de laatste plaats omdat het zo veel geld kostte. Gelukkig had ik mijn hasjhandel nog, tot mijn verslaving echter zo zwaar en onbetaalbaar werd, dat ik deze handel niet langer kon runnen.
Op een gegeven moment, in 2010, merkte ik dat het echt genoeg geweest was. Ik begon voor een laatste keer aan een poging met het spuiten te stoppen. En dit keer lukte het. Door de jaren had ik geleerd hoe ik methadon behendiger  kon doseren. Bij veel ontwenningsklinieken wordt de methadon gestaag, meestal binnen een week, afgebouwd. Je moest immers voelen wat je jezelf had aangedaan,  maar het probleem is dat de meesten dan snel afhaken. En je slaapt daardoor niet of nauwelijks. Ik leerde de laatste paar pillen op te delen in steeds kleinere stukjes, waardoor je er een maand, of zelfs langer, over de laatste pilletjes kon doen. En zo lukte het me, zonder pijn en vooral zonder die weken van slapeloosheid,  van mijn 40 jarig durende verslaving af te komen. Tot mijn verbazing viel ik dit keer niet meer terug, ik was er klaar mee. Wat daarbij ook hielp was dat er inmiddels bijna geen goede heroïne meer in de stad te vinden was. Daarnaast had ik nauwelijks nog geschikte aders om het in te spuiten, ook  wilde ik niet gaan Chinezen (heroïne roken). Ik ben toen de daaropvolgende jaren bezig geweest mijn leven weer op orde te brengen door opnieuw met strip- en cartoontekenen te beginnen. Bij toeval ben ik in contact gekomen met Mainline. een organisatie die zich inzet om het leven van drugsgebruikers te verbeteren door middel van harm reduction.

Inmiddels illustreer ik voor Mainline, Ik ben hier een beetje ingerold, maar vind het ontzettend leuk. Drugs blijven zo een rol spelen in mijn leven, gebruiken doe ik niet meer, daar ben misschien te oud voor.’

Leave a Reply